Vreugde en verdriet
Door: jan
Blijf op de hoogte en volg Jan
05 September 2010 | Congo, Democratische Republiek v, Elizabethstad
Dag lui begonnen, een echte maandag. Slecht geslapen, been gestoten toen ik uit bed stapte, en geen goesting in weer eens verven. Een drukdoende papa Alphonse in het dispensarium, die ‘cas d’urgence’ aan het roepen was en de laborant zocht voor de testen.
Toegegeven, het was de eerste keer in de maand dat ik hier ben, dat er een urgentie was. Vroeg of ik kon helpen, maar hij zei dat alles onder controle was, en dat hij alleen dringend de laborant zocht.
Dus ik verder verven, met m’n gedachten ergens anders.
Maar de drukte bleef, en alle verplegers gingen uiteindelijk zien of helpen, en ben toen uiteindelijk ook maar gaan zien, ben tenslotte verpleger met ervaring intensieve zorgen.
Trof in de ziekenzaal een jongetje van drie jaar, 41° koorts, comateus, met snelle ademhaling. Elke ademteug bleek te stokken in zijn keel, vooraleer hij verder kon ademen.
Papa Alphonse had al een infuus geplaatst, en hing net bloed aan toen ik binnenkwam. De twee vroedvrouwen, de kuisvrouw, de andere verpleegster en de laborant stonden rond het bed.
Duidelijk een urgentie, en blijkbaar zijn ze dat niet gewoon. Dacht ik bij mezelf.
Voelde ergens dat het slecht ging aflopen. Moeder had gewacht met langskomen, en kwam deze morgen, na een toch van 17 km te voet, pas aan.
In die vijf minuten dat ik er stond vertraagde de ademhaling van het kind aanzienlijk snel. Iedereen was muisstil. In die stilte hoorde ik dat jongetje stoppen met ademen.
Verdomde onmacht. Wat ben je dan met al je kennis van beademingstoestellen, monitoring en medicatie als die niet voorhanden zijn.
Monsieur Alphonse, die even ervoor de kamer had verlaten, kwam terug binnen… deed verbouwereerd nog een poging tot reanimatie en verliet, als in trance, de kamer.
Bleek zijn zoontje te zijn.
…
Zijn vrouw (niet de moeder van het kind) kwam binnen, begon te wenen en nam het kind in haar armen mee naar huis.
Haar dochters, hielpen om dat kleine jongetje op haar rug te binden met een draagdoek.
De moeder, Alphonse’s tweede vrouw, was kapot van verdriet. Ze werd, tot mijn grote verbazing, door twee mannen naar een fiets geleid waar ze achterop werd gezet, en vertrok naar haar dorp.
De eerste vrouw van Alphonse, met Charlie achter op haar rug, ging achterop de tweede fiets, naar het ouderlijk huis, waar de rouw zou doorgaan, drie dagen lang.
Natuurlijk ook mijn condoleances gaan betuigen.
Op weg samen met soeur Madeleine en twee andere verpleegkundigen. Echte, ouderwetse, zoals in de boekjes beschreven, brousse. Links en rechts uitgestrekte ongerepte natuur, een weg die te voet al niet echt begaanbaar is en met de jeep dus voor nog meer plezier zorgt!
We vertrokken de tweede dag van rouw, ’s avonds. Als antwoord op het rood bruin geel groene reliëf tekende de lucht een blauwgrijze oranjerode jungle erboven. Hemel en aarde sloten perfect op elkaar aan. Harmonie op weg naar verdriet.
Onderweg natuurlijk weer reizigers opgepikt. Twee vrouwen met een lange bamboestok (4 meter) die mee moest. Zij gingen van dorp tot dorp, om mango’s uit de bomen te halen. Omdat bamboe sinds weetikveel welke epidemie moeilijk te vinden is, moest die stok dus overal mee.
Zuster Madeleine moest lachen, dat ik toch rare verhalen ga vertellen wanneer ik terug thuis ga zijn.
In dorp, waren de zetels uitgestald. Letterlijk dus. Echte fauteuils op de stoffige grond buiten de lemen hutten. Rondom ons kiekens en ganzen, en veel mensen natuurlijk.
Dus na die vermoeiende rit, konden we ons, met de ondergaande zon, onder een fruitboompje, neerploffen, omringd door rondlopend wild. Aan de hut sliepen enkele vrouwen op doorlegen dunne matrasjes. Haan en kip leverden kleine discussie tussendoor. De mannen waren dronken (zo hoort het nu eenmaal) en de vrouwen moe van het huilen.
Daar hebben we dan gebeden, en gepraat.
Zat daar in die zetel, toch een teken van comfortabele luxe, tussen de armoede van enkele Congolezen te rouwen, en vond het vooral een immense ervaring.
De volgende dag stond Alphonse er al terug om te werken. Dood is, meer dan bij ons heb ik de indruk, een deel van het leven. Vooral omdat ze het niet met alle mogelijke middelen proberen uit te stellen.
Ook omdat het hen aan die middelen ontbreekt natuurlijk.
Drie dagen rouw, en nadien hervat het leven zich, zoals ervoor. Er is hier dan ook een geweldig groot sociaal netwerk, mensen zijn nooit alleen.
Doorwerken voor de inhuldiging van de operatiezaal. Die was vrijdag.
Twee weken lang hebben we doorgewerkt, alles vernieuwd, geverfd, iedereen in actie gezet, alles opgeblonken, ik zou bijna zeggen: onder stress.
Vooral avond voordien nog alles regelen, typen, afdrukken. Ben die namiddag bezig geweest met alles presentabel te maken. Het moest niet juist geïnstalleerd zijn, of de juiste instrumenten… het moest vooral sjiek en indrukwekkend zijn.
En al zeg ik het zelf, heb me die twee weken volledig ingezet voor Sr Madeleine, de verplegers en de operatiezaal. Lange dagen gewerkt. Iedereen trouwens!
En dan de dag zelf, een kleine dramedie: weinig volk. Blijkbaar had zuster Madeleine niet iedereen tijdig de nieuwe datum doorgegeven. Maar feestvreugde was er niet minder door.
Koor zong als nooit tevoren, de priester heeft zijn beste ‘benediction’ uit zijn boek getoverd, het lint is geknipt en in stijl is er bier vergoten voor de deur van de operatiezaal. Nadien heeft de priester zelfs heel het gebouwd gewijd. De Heer heeft weer een gebouw meer te beschermen.
Nadien, kleine receptie, dus wat hapjes en drankjes.
Pas tegen de middag het grote feest met de verplegers, met veel eten, en vooral, veel Simba!!
Heb iedereen betoverd met mijn hemelse klanken (wat is het toch gemakkelijk als ze nog nooit een saxofoon hebben horen spelen).
Op het einde heb ik me weer eens laten vangen door te denken dat de speeches snel zouden passeren. Maar aangezien het bier zeer rijkelijk gevloeid had, bleven de woorden maar komen, aangevuld door nog een spreker, die weer een andere uitnodigde, die int swahili begon,… en waarop een andere dan weer wel iets te zeggen had.
Ach, het hoort er eenmaal bij.
Ben moe maar zeer voldaan gaan slapen die dag.
En het grootste plezier was het dankwoord van zuster Madeleine de volgende dag. Dat deed toch geweldig veel deugd moet ik zeggen. Ze stond in het midden van de kamer, en bedankte iedereen voor de medewerking. Ze begon met mij, ging de tafel met zusters rond, en eindigde terug met mij.
Achteraf zij ze, dat het pas achteraf duidelijk wordt waarom ik hier ben.
Ik was hier, om haar geweldig hard bij te staan met alle gedoe rond die operatiezaal dus. Zag in haar ogen dat ze het meende.
En dan nu, de laatste weken/week/dagen…. Probeer er niet aan te denken, maar terwijl ik dat typ weet ik dat dit mijn voorlaatste verslagje is. De voorlaatste keer dat ik achter mijn computer kruip en me probeer in te beelden wat ik toch weer allemaal kan gaan vertellen.
Zal me inhouden om voor het laatste niet de onvermijdelijke emotionele stroperige terugblik met filosofische mijmeringen neer te pennen.
13 september beginnen de lessen terug op internaat hier. Ik wacht zolang om hier te vertrekken, zo kan ik de 360 internen zondagavond nog verwelkomen.
Hoop nadien nog enkele dagen door te brengen bij de meisjes van Laura.
Ondertussen zegt iedereen dat ik maar moet blijven, dat ik hier nog een jaar kan lesgeven. De meisjes zeggen dat ze gaan wenen wanneer ik vertrek. Of ze mijn telefoonnummer en email mogen hebben.
Wanneer ik zal terugkomen dan? Of ik dan niet langer zal blijven?
Ach, ik hou het hierbij voor deze keer, of ik verval nu al in het terugblikken, en daar is het de moment niet voor.
Wel nog enkele nieuwe foto’s
http://picasaweb.google.be/113646929210124503705
Tot zeer snel ondertussen
Liefs
Jan
-
05 September 2010 - 20:46
T. Sabine:
Jan, je gaat het bidden terug moeten afleren, vermoed ik. En ik hoop ook wel een beetje dat je bij ons de komende tijd geen begrafenissen moet meemaken. Hoewel ik ook de indruk heb dat het voor hen een deel van het leven is en zij er anders mee omgaan dan wij.
Maar geniet nog van je tijd daar. Ik geniet van mijn tijd in Curacao deze week met Wim :-). Is wel heel anders dan in Congo, vermoed ik. Tot gauw.
T. Sabine -
06 September 2010 - 05:49
Ilse:
o , maar stroperig filosofisch is best wel OK , hoor Jan ; hou u vooral niet in !(vrouwelijke fans genoeg , hè)
Ilse -
09 September 2010 - 14:56
Sil:
Jan,
Je bent bijna weer in dit kleine belgenlandje..Dicht bij ons en ver weg van je vrienden daar.. Na het vermoedelijk toch wel zware afscheid daar, zullen wij je met open armen opwachten. Bij je thuiskomst zullen vreugde en verdriet eveneens aan bod komen. En Jan, ge hebt gelijk ze, 4 maanden zijn niks meer tegenwoordig. Toch zal ik blij zijn da'k je terugzie en je is kan vastpakken :-)
Tot gauw makker!
x
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley